Met het hele gezin meedoen met de Roparun

door Danielle de Jong

Familie de Jong
Familie de Jong

Een jaar of twee geleden ongeveer vroegen mijn ouders en mijn zus of ik mee wilde doen met de Roparun. Mijn vader had al een paar keer mee gedaan met een ander team. Mijn zus sloot daarbij aan als loper en mijn moeder sloot aan in de catering. Uiteindelijk is er vanuit dat team een nieuw team opgezet, met een aantal ervaren Roparunners. Mijn vader vond het heel mooi en bijzonder om met een deel van het gezin mee te kunnen doen. Zeker omdat hij van dichtbij heeft meegemaakt hoe hard de palliatieve zorg nodig is en daar dus graag een steentje aan bijdraagt. Hoe mooi zou het zijn als het hele gezin in hetzelfde team zou meedoen en we dat als gezin met elkaar zouden kunnen delen? Maar ik gooide roet in het eten. Ik vond het al lastig zat om de dingen te kunnen doen die ik wilde doen naast mijn werk en ik wist dat de Roparun veel tijd in beslag zou nemen. Vergaderingen en acties opzetten bijvoorbeeld. En dat weinig slapen onderweg en met z’n allen op matrasjes tegen elkaar aan in de bus leek me ook helemaal niks. Dus ik gaf aan dat ik niet mee wilde en waarschijnlijk ook nooit mee zou gaan.

De loopwereld is een kleine wereld en ook een aantal vrienden van mijn ouders zitten in het team, dus ik kende het grootste gedeelte van het team al wel. Zo kwam ik de captain tegen bij de Lansingerland run in 2022. We hadden het over de Roparun en ik vertelde weer in geuren en kleuren dat het me niks leek om mee te doen. Maar toen het team gelopen had in 2022 en ik de foto’s en video’s zag, begon het toch te knagen. Shit, heb ik nu ook dat Roparunvirus te pakken, dacht ik. En hoe meer ik erover nadacht, hoe meer ik het gevoel kreeg dat ik mee wilde gaan doen. Ook was ik bereid om energie en tijd vrij te maken om een bijdrage te kunnen leveren aan dit mooie doel. Dus toen heb ik een berichtje gestuurd naar de captain, met de vraag of ik mee zou kunnen gaan het jaar erop als loper. En zo is het avontuur voor mij begonnen!

We zijn met zijn vieren een heel hecht gezin. We gaan regelmatig met elkaar op pad of samen eten en de afgelopen jaren gaan we ook elk jaar weer met elkaar op vakantie. Daarnaast spreken we elkaar veel in ons familie app en staan we eigenlijk altijd voor elkaar klaar. Als dit de normale gang van zaken is, sta je er soms niet bij stil dat dit niet altijd vanzelfsprekend is. Met het hele gezin mee kunnen doen aan de Roparun, zorgt ervoor dat we hier weer even bij stil kunnen staan. Hoe gaaf is dat?! Ons samen inzetten voor een super mooi en belangrijk doel. En dat is ook het mooie van de Roparun, iedereen heeft wel iets meegemaakt, waardoor hij of zij het belangrijk vindt om hier een steentje aan bij te dragen. En je hoeft niet per se te kunnen hardlopen of fietsen, iedereen heeft kwaliteiten die nodig zijn bij de Roparun. Daarom kan echt iedereen mee doen!

Het team voelde al meteen vertrouwd, doordat ik veel lopers al kende en ik deed met het team mee met de Ekiden in september om ook de teamleden die ik nog niet kende, te leren kennen. Ik voelde me meteen onderdeel van het team en al kort daarna begonnen we met de acties om geld in te zamelen. Wijn verkopen, chocoladeletters verkopen, Sinterklaas en Piet spelen, oliebollen bakken, collecteren, benefietdiner en noem het maar op. Ook de vergaderingen op de tennisvereniging van een van de leden waren ook gezellig en naarmate de tijd verstreek, begon het weekend steeds concreter te worden. Busjes, matrassen, een mobiele keuken, een aggregaat, fietsen, eten en drinken werden ingeslagen om het gehele team gezond en veilig van Twente weer naar Rotterdam te brengen. Acht leden te voet, vier leden met de fiets en de andere toppers met de busjes en de grote bus.

Hoe dichter we bij het pinksterweekend kwamen, hoe meer zin ik erin kreeg. Ik train drie keer in de week en zes weken ervoor had ik nog een marathon gelopen, dus ik was goed getraind. Over het lopen maakte ik me dan ook het minste zorgen. De grootste uitdaging die ik zag, was het gebrek aan slaap. Ik lig meestal voor 22:30 op bed (zelfs in het weekend haha), dus ik was benieuwd hoe ik zou reageren op deze activiteiten midden in de nacht. Het inpakken was makkelijker dan een doorsnee weekend weg. Normaliter is het altijd wel lastig kiezen tussen de jurkjes en andere mooie outfits, maar nu was het simpel: hardloopkleding en hardloopschoenen.

Toen was het eindelijk zover! 27 mei verzamelden we in Capelle met het team om richting het startpunt in Twente te gaan. Heel bijzonder om aan zo’n avontuur te gaan beginnen met zijn allen. Hier hadden we al maanden naar toe gewerkt. In de bus begon de pret al en even later kwamen we aan op het enorme terrein. Als eerste gingen we een kijkje nemen bij de start en daar was het feest al helemaal losgebarsten. Wat zag dat er gaaf uit! Dat had niemand in het team overdreven. En wat was het prachtig weer! In de bus hadden we geloot wie er ging beginnen en mijn zus (Alex) had gewonnen. Ik wilde graag voor of na Alex, dus ik ging als tweede. Koen als derde en Rob als vierde. Arco en Heike op de fiets. En mijn vader (Ed) en Arthur in het busje. Zo was team A compleet. Mijn vader heeft voorgaande jaren altijd meegedaan als loper, maar door een hardnekkige blessure aan zijn knie was het voor hem niet mogelijk om dit jaar mee te gaan als loper. In plaats daarvan ging hij mee als navigator. Het liefste wat ie doet is lopen en navigeren is helaas niet iets wat ie lekker ontspannen kan doen (zoals het lopen), dus dat was wel even een omschakeling voor ‘m. Ik vond het wel heel fijn dat ie toch met ons mee was in het busje op de route. Hopelijk kan ie volgend jaar weer mee als loper en kunnen we elkaar aftikken!

Bij de start kreeg ik toch wel weer de bekende spanning in mijn buik die ik ook altijd voel voor een marathon. Laat maar komen nu dacht ik. Na het startsein begonnen we met de RBR (run bike run). Ik had dat nog nooit gedaan, dus ik informeerde even bij Alex hoe dat in zijn werk ging. Ik was in de veronderstelling dat de RBR alleen aan het einde was, maar dat was blijkbaar door heel de route heen. Dat vond ik wel een leuke afwisseling, zo zie je meer van de route onderweg.

De eerste stint liep voorspoedig. Het was heerlijk weer, het wisselen ging soepel en het busje was steeds op tijd bij het volgende punt. Alles liep gesmeerd. Dit houd ik zo nog wel een tijdje vol, dacht ik. Arthur had een grote box bij zich en hij draaide gezellige muziek voor onderweg. Zo werd iedere loper in ons team (en ook uit andere teams) steeds weer met een feestje binnengehaald. Rond 18:30 kwamen we aan op het eerste rustpunt, een gezellige boerderij met een camping. Na het douchen kon ik zo aanschuiven aan de eettafel, die al helemaal verzorgd was door de catering. Na het eten kreeg ik een massage en daarna gingen we richting het volgende rustpunt. Wat een luxe, dacht ik. Het leek wel even op een vakantie. Het was heel leuk om dan ook de andere teamleden weer te zien (waaronder mijn moeder) en hen bij te praten over alle indrukken onderweg. In de bus probeerden we te slapen, maar daar kwam weinig van terecht nog zo vroeg op de avond. Daarnaast kreeg ik heel erg last van hooikoorts. Rond 23:00 moesten we weer gereed staan om het andere team af te lossen. Pfoe, dat is niet mijn ding hoor. Zo laat nog de hort op en in het donker lopen. Maar gelukkig deden we het samen en dat maakt het gelijk al een stukje minder zwaar. Niet alleen samen met het eigen team, maar onderweg kom je ook geregeld andere Roparun teams tegen. Iedereen maakt hetzelfde mee en iedereen strijdt voor hetzelfde doel. Op die manier voel je je heel erg verbonden met je eigen team. Maar ook met de andere teams, ook al ken je de mensen niet persoonlijk. Dat vond ik heel gaaf. Dat ik onderdeel uitmaakte van zoiets groots, wat mensen bij elkaar brengt om andere mensen te helpen. Dat gaf me echt een trots gevoel. Uiteindelijk kregen we het allemaal zwaar, zo midden in de nacht. Ik was dan ook erg blij toen we afgelost werden en weer naar het volgende rustpunt gingen. Na een douche, verdween ik gelijk in mijn slaapzak in de bus. Gelukkig lukte het om twee uurtjes slaap te pakken. Ik had nooit gedacht dat ik blij zou zijn met twee uur slaap, maar een aantal anderen hadden helemaal niet kunnen slapen, dus dan is elk uurtje mooi meegenomen. Rond een uur 8 op zondagochtend kwamen we aan op het wisselpunt in Horst en daar was het één groot feest. Er werden broodjes Unox en andere versnaperingen uitgedeeld door de organisatie van de Roparun en team B was lekker aan het dansen. Wij voegden ons bij de groep en we gaven elkaar allemaal een dikke knuffel. Dit deden we eigenlijk elke keer als we elkaar weer zagen, ook op het basiskamp. De groep werd dan ook steeds hechter. Op een gegeven moment stonden mijn vader en ik naast elkaar, te genieten van alles wat we om ons heen zagen gebeuren. We sloegen een arm om elkaar heen en op dat moment besefte ik wel even, hoe bijzonder en mooi het is dat we dit met elkaar als gezin kunnen doen! Geen cadeaus of materiële bezittingen, kunnen daar tegenop.

Even later begonnen we aan de derde stint. Ik had er eigenlijk best wel weer zin in. De zon scheen alweer, het was licht buiten, het was nog lekker vroeg en we gingen weer rennen. Geen betere manier om de dag te beginnen! Onderweg maakten we weer van alles mee. Polonaise met elkaar tijdens het wachten, door een ziekenhuis heen lopen, een huldiging in een klein dorpje en kletsen met elkaar en met andere teams onderweg. Rond de middag werden we weer afgelost en toen kwamen we aan in Nuenen. Mijn vriend was toevallig net geland op Eindhoven Airport en zijn moeder woont in Nuenen, dus die kwamen even langs. We gingen een ijsje halen en mijn vader lag net te slapen, dus die wilden we niet wakker maken (hij is gek op ijs). Maar toen we terugkwamen met een ijsje in onze handen, was ie wakker geworden en baalde die dat we ‘m niet hadden wakker gemaakt haha. Even later weer door naar het volgende wisselpunt en toen begonnen we aan het begin van de avond aan de vierde stint. Mijn moeder ging mee in het busje, want die wilde ook wel even een kijkje nemen op het parcours. Toen zaten we dus met heel team A, inclusief het hele gezin in het busje. Super fijn om ook deze momenten met mijn moeder te kunnen delen. Onderweg was er veel te beleven en zo ook een steunpunt van de brandweer met onder andere soep. Daar hebben we even pauze genomen en lekker genoten. Eenmaal weer aangekomen op het rustpunt laat in de avond, was het weer bedtijd. We hadden afgesproken om lekker dicht tegen elkaar aan te gaan liggen, zodat er meer mensen op de matrassen konden slapen. Wie had dat gedacht? Dat ik het hiermee eens zou zijn, aangezien dit een van de dingen waren die me eerst zo tegenstonden haha. Zo zie je toch maar weer dat een mens kan veranderen. De laatste stint ging langs mooie natuur en ook hebben we een aantal doorkomsten mee kunnen pakken met de RBR. Zelfs bij de laatste stint wisten mijn vader en Arthur nog steeds de volgorde waarin we liepen niet uit hun hoofd. Gelukkig konden ze wel goed rijden en navigeren haha. Uiteindelijk kwamen we best wel gesloopt, maar ook voldaan aan op het laatste wisselpunt. En wat was het fantastisch!

Even later stonden we te wachten op de Coolsingel op de andere helft van ons team, zodat we gezamenlijk de finish over konden. Ook daar werd het weer gezellig. De box was weer mee en het kippenlied (Als bij ons d’n haon weer kraait) werd weer gedraaid. Toen kwam team B aan en gingen we met zijn allen de finish over op de Coolsingel. Dat had ook iets magisch. Heel anders dan bij de marathon, maar met hetzelfde trotse gevoel. Trots op elkaar, ons team en iedereen die een bijdrage heeft kunnen leveren aan dit mooie doel. Op naar volgend jaar!

error: Content is beveiligd !!